De gemeente Lisse laat deze zomer de kunstgrasvelden van de lokale voetbalclub vervangen. De twee (en een halve) velden van FC Lisse krijgen opnieuw rubberkorrels als infill-laag. Zonder emotionele debatten: het bleek in Lisse mogelijk. Het toverwoord: transparantie. Een format voor andere gemeentebestuurders in Nederland?
Met de vernieuwing van de kunstgrasmatten is in Lisse € 760.000 euro gemoeid. Dat de discussie over deze fikse uitgave binnen de gemeente vrij vlot gevoerd kon worden, is vooral het gevolg van de aanpak die wethouder Kees van der Zwet koos. Hij koos ervoor maximaal transparant te zijn over kosten, over gezondheids- en milieuaspecten en over alternatieven.
De wethouder stuurde onlangs een raadsbrief en een rapport over alle voors en tegens van het gebruik van de rubberkorrels naar de gemeenteraad. "Feitelijk was ik niet verplicht om deze aanpak te kiezen, want het benodigde geld voor het opknappen van de kunstgrasmatten was al eerder door de raad van Lisse gereserveerd in de begroting."
Waarom dan zelf de mogelijke problemen opzoeken? "Ik zie het als het voorkomen van problemen. We hebben ons grondig verdiept in alle ins en outs, voor- en nadelen. Alles is op tafel gekomen, in de wetenschap dat Brussel er mogelijk nog een uitspraak over doet. En de uitkomst van het hele, open proces, met vragen en dilemma's, is dat we rubber infill toepassen. Op basis van wat we nu weten en alles afwegende, is dat het beste besluit." Hoewel hij de plannen voor rubber infill zonder meer had kunnen doorzetten, koos Van der Zwet voor een uitgebreide verantwoording, om maximale betrokkenheid en steun te zoeken. Hij liet een adviesrapport schrijven waarin alle feiten over rubber infill aan bod kwamen. Zowel sporttechnisch, als qua kosten en verwachte levensduur. Ook zijn de alternatieven, zoals kunststof of kurk, onderzocht, met de conclusie dat deze materialen veel duurder en/of nog slechter zijn voor het milieu dan de rubberkorrels.
De gemeente neemt extra maatregelen om de belasting voor het milieu zo laag mogelijk te houden. Er komen bijvoorbeeld kantplanken en langere uitloopmatten, zodat de korrels niet ver verspreid worden – een investering van € 56.000. Ook trekt het college van burgemeester en wethouders € 7.500 per jaar uit voor een jaarlijkse milieu-inspectie. "Daarmee kunnen we laten vaststellen dat de korrels, door de aanvullende maatregelen die we nemen, niet in het milieu terechtkomen."
Van der Zwet: "Door alles op tafel te leggen, kan ik zeggen: ik heb de raad zorgvuldig en volledig geïnformeerd. Iedereen is gekend en ik heb de raad deelgenoot gemaakt van alle feiten. Zo kan er achteraf geen verwijt komen dat er onvoldoende informatie was. Mocht de Europese Commissie op den duur besluiten dat rubber infill geen optie meer is, dan zijn wij voorlopig in Lisse voor jaren voorzien. En dan hoop ik maar dat er tegen die tijd een alternatief is."
Over vermeende gezondheidsrisico's, waar ouders in andere gemeenten hun bezorgdheid over geuit hebben, was het voorstel stellig: "Op basis van meerdere onderzoeken acht het RIVM het gezondheidsrisico door blootstelling aan stoffen als PAK's, weekmakers en nitrosaminen tijdens het sporten verwaarloosbaar", zo werd het besluit beargumenteerd.
Hoe staat het met de tegenstanders in Lisse? Enkele burgers spraken hun zorgen uit in een brief en ook raadsleden wilden van de hoed en de rand weten. Maar wethouder Van der Zwet kon de raad op basis van inhoud overtuigen en het akkoord kwam er. "Het delen van de vragen, de dilemma's én de antwoorden heeft mogelijk gewerkt. Al moet ik zeggen dat het wel helpt dat het RIVM zo duidelijk heeft uitgesproken dat de gezondheidsrisico’s van rubber infill minimaal zijn.”
Het is niet alleen transparantie die in Lisse voor rust gezorgd heeft. Van der Zwet noemt een andere belangrijke randvoorwaarde voor succes. "Ik heb de betrokken vereniging duidelijk om openlijk uitgesproken steun gevraagd. Het was voor mij een voorwaarde dat FC Lisse zich volledig zou committeren aan de keuze voor rubber infill. Zij hebben hun leden goed geïnformeerd, met de boodschap
dat de club de gemeente steunt in de keuzes."
Die steun werd publiekelijk gedeeld. "FC Lisse is ook van mening dat er veilig gesport kan worden en zal zelf ook maatregelen nemen om uitloop van korrels te voorkomen", meldt het persbericht van de gemeente hierover. Voorzitter van FC Lisse Leon Annokkée: “Wij zijn blij dat de toplaag van de kunstgrasvelden nu vervangen gaat worden en we vanaf komende zomer hier gebruik van kunnen gaan maken. Aangezien FC Lisse de kunstgrasvelden huurt van de gemeente zijn wij door de gemeente meegenomen in hun overwegingen om te kiezen voor SBR-infill. Wij kunnen ons vinden in deze overwegingen.”
Tenslotte is er ook nog een ander argument, meldt Van der Zwet, zonder dat hij daar in zijn argumentatie veel woorden aan heeft besteed. En dat is het feit dat kunstgras het ruimtebeslag in de gemeente Lisse beperkt. “Anders gezegd: we hebben kunstgras ook een beetje nodig. Als kunstgras met rubber infill niet kan, dan heb ik zo een handvol extra velden met natuurgras nodig. Daar hebben we in Lisse geen ruimte voor. Een heldere consequentie.”